75 jaar vrijheid
Linn is elf. Een mooi Medembliks meisje. Lange wapperende haren, fan van Billie Eilish en klaar om volgend jaar naar de grote school te gaan. Natuurlijk weet ze wat oorlog is. En over de Tweede Wereldoorlog heeft ze veel geleerd. Maar wat is vrijheid eigenlijk? Ze vindt dit zo normaal dat ze er niet bij nadenkt. In het oorlogsmuseum in Medemblik laat de bevlogen Wim Gutter (85) uit Andijk het haar zien.
We zijn op een industrieterrein. Hier, ergens tussen scheepswerven en timmerloodsen, is het Educatief WOII Centrum. Met dit oorlogsmuseum heeft Medemblik er een parel van een uitje bijge- kregen. Er zijn gezelliger onderwerpen dan oorlog en narigheid, zou je denken. Maar deze plek weet je te betoveren en je komt er absoluut met een goed en rijk gevoel vandaan.
Tot leven
Hier worden de verhalen verteld en uitgebeeld van West-Friesland in oorlogs- en bevrijdingstijd. Al gaat een bezoek verder dan dat. “Het moet niet bij een verhaaltje blijven. We willen dat deze periode voor je tot leven komt’’, legt Lars Rustenburg (24) uit Medemblik uit. Lars runt het museum met zijn familie en een groep enthousiaste vrijwilligers. Zijn moeder Sietske houdt zich bezig met de gedetailleerde aan- kleding en zijn vader Robin sleutelt aan de tientallen militaire voertuigen, waarover later meer.
Bij binnenkomst zien we een nagebouwd dorpspleintje zoals dit er toentertijd uit gezien kan hebben. Er is een winkel, woonhuis, drukkerij en geplaveide straat met speeltoestellen en ander kindervertier. Linn en Wim ontmoeten elkaar in het cafeetje. Ze drinken limonade en koffie. Op de bar staat een bord ‘Aanbeveelend’. Tapijtjes liggen op tafel, net als oude kranten en bordspelletjes.
Wim was naar eigen zeggen een ‘nieuwsgierige snotneus’, zo’n 80 jaar geleden. “Ik was zes, zeven jaar en wilde overal vooraan staan.’’ Linn luistert aandachtig als hij vertelt over marcherende Duitsers die dreunden door het dorp, de razzia’s en NSB’ers. Over hoe spannend hij het vond. “Soms gingen we op de weg liggen. Hordes vliegtuigen vlogen er over. Duizenden. En die buffels van voertuigen!
Ik vond het machtig interessant. Maar we wisten natuurlijk dondersgoed dat het oorlog was en dat je een hekel moest hebben aan de Duitsers.’’
Met op de achtergrond muziek van Vera Lynn – in het museum klinkt dagelijks muziek uit die tijd – struint Linn door een berg legeruniformen. Er volgt een verkleedpartij. Nu ze alles gezien denkt te hebben, gaat er nóg een deur open. Een enorme loods komt tevoorschijn, vol militaire voertuigen. Ze zijn onberispelijk en elke motor loopt, de verdienste van Robin en veel lieve vrijwilligers. Waar het ‘civiele’ deel van het museum het dagelijk- se leven uitbeeldt, belicht dit militaire gedeelte het leger, de oorlogsvoering en het strategische werk. Wim kijkt z’n ogen uit. “Wat een buffels hè, Linn!’’, roept hij.
“Linn, wat je ook doet, loop nooit achter een stel schreeuwbekken aan, zoals zo’n Hitler. Weet goed wat je zelf wilt en wat je vindt. Niet vergeten hoor!’’ Ze knikt instemmend en hinkelt de straat uit.
Wim Gutter en Linn Sluis